Vroeger kreeg je een boete als je een extra lampje op je auto monteerde — nu lijken de nieuwste modellen ermee vol te zitten. Van verlichte logo’s tot lichtstrips dwars over de neus: wat ooit verboden was, is inmiddels legaal én trendy.
De verandering komt voort uit nieuwe EU-regelgeving. Sinds zo’n twee jaar mogen autofabrikanten lichtgevende logo’s toepassen. Volkswagen was een van de eerste merken met een verlicht VW-logo op de Touareg, en inmiddels doen merken als BMW, Mercedes-Benz en Cupra vrolijk mee.
Volgens Volkswagen-ontwerper Thorben Kochs is er ook een esthetische reden: “Verlichting is het nieuwe chroom.” Waar vroeger glanzend metaal tussen de koplampen zat, zorgen nu leds voor een herkenbare signatuur in het donker. De overstap heeft bovendien een milieutechnische achtergrond. Door het verbod op PFAS — stoffen die vrijkomen bij het verchromen — moesten autofabrikanten alternatieven zoeken.
Voorwaarden
Er gelden wel duidelijke eisen aan de hippe lichtlogo’s. Aan de voorkant mag het licht alleen wit zijn en achter rood. En het logo mag niet te groot zijn, omdat het dan lijkt op een koplamp. Ook mogen er geen complete namen of teksten verlicht worden. Dat ging bij Toyota mis met de introductie van haar nieuwe C-HR. De aanduiding ‘CH-R’ lichtte op aan de achterzijde en dat is dus nog altijd verboden.