Uit de Benchmark Prijstransparantie van het Nationaal Kennisplatform Laadinfrastructuur (NKL) blijkt er nog veel transparantie in prijs ontbreekt bij het opladen van EV’s. Zo komt de landelijke score van prijstransparantie net uit op een voldoende.
Wie zijn auto voltankt aan de pomp weet op voorhand precies wat hij moet betalen per liter brandstof. Bij elektrisch laden zijn de prijzen echter een stuk minder transparant, zo blijkt uit de jaarlijkse Benchmark Prijstransparantie van het NKL. Het gemiddelde rapportcijfer dat deelnemers aan het onderzoek geven voor de mate van prijstransparantie is een schamele 6,1. Die krappe voldoende is ver onder de beoogde rapportcijfer van 8,0 of hoger.
Goochelen met prijzen
De Benchmark Prijstransparantie laat zien dat in 1 op de 5 gevallen geen prijs gecommuniceerd wordt bij laadpalen. Verder blijkt dat de helft van de facturen niet overeenkomt met de vooraf opgegeven prijzen. Het ‘gegoochel’ met prijzen is deels het gevolg van onduidelijke tariefstructuren. Zo krijgen elektrische rijders onder meer te maken met dynamische tarieven, blokkeer- en starttarieven en nieuwe abonnementsvormen.
Actieve prijscommunicatie
Volgens NKL is prijstransparantie een randvoorwaarde voor vertrouwen in elektrisch laden. De Vereniging Elektrische Rijders (VER) stelt dat het gebrek aan transparantie de overgang naar elektrisch rijden afremt. “De maat is voor ons nu vol. De sector moet in beweging komen en het Rijk moet ingrijpen. De VER roept op tot verplichte, actieve prijscommunicatie bij elke laadsessie – vooraf én tijdens het laden. Daarmee is het overgrote deel van de problemen eenvoudig op te lossen”, aldus VER-directeur Marina van Helvoort.