Bijna driekwart van de oude dieselauto’s is de afgelopen zeven jaar verdwenen, zo concludeert het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Het aantal ging van bijna 600.000 naar 155.000. Als één van de redenen wijst het CBS de komst van milieuzones aan. De KNAC is van mening dat de totale fiscale behandeling van dieselauto’s de hoofdoorzaak is.
Het CBS zegt dat oude diesels vooral in grote steden een zeldzaamheid worden. Hun aandeel daalt met name in Rotterdam de laatste jaren sterk, mede als gevolg van de invoering van de milieuzone. In Utrecht, dat al langer een milieuzone heeft, is het aantal oude dieselauto’s het laagst. Maar ook in andere grote steden daalt het aandeel van oude dieselauto’s sterker dan elders. De logische verklaring daarvoor is dat inwoners van grote steden veel minder kilometers rijden en het rijden van een oude dieselauto dus niet loont. Bovendien heeft het fiscaal stimuleren van zakelijk gereden zuinige (diesel)auto’s heeft zijn uitwerking ook niet gemist. Destijds zijn er veel zogenaamde spaardiesels (met extra lage bijtelling) verkocht waarop oudere diesels zijn ingeruild, die vaak weer zijn geëxporteerd naar Oost-Europa en Noord-Afrika. Het is overigens wel opmerkelijk dat het CBS een dieselauto van negen jaar al aanmerkt als oud.
KNAC-directeur Peter Staal wijst nog een andere oorzaak aan voor het verdwijnen van de oudere dieselauto’s: “”Er zijn vooral veel oude diesels van de weg gegaan sinds in 2013 de motorrijtuigenbelasting op dieselauto’s tussen 26 en 40 jaar weer is ingevoerd. Het effect van de milieuzone zou pas veel later zichtbaar kunnen zijn in de cijfers, want Utrecht was in 2015 de eerste stad in Nederland waar die van kracht werd. Overigens heeft het verdwijnen van zoveel oude diesels niet tot meetbare verbetering van de lucht in de milieuzones in Utrecht en Rotterdam geleid. Milieuzones zijn vooral symboolpolitiek.”
