De tol die Duitsland wil invoeren voor personenauto’s in in strijd met het Europees recht. Dat is het oordeel van het Europees Hof van Justitie nadat Nederland, Luxemburg en Oostenrijk in 2017 naar het hof waren gestapt om de invoering van de zogenaamd ‘Maut’ tegen te houden. Deze Duitse buurlanden zijn van mening dat tolheffing ingaat tegen de gelijke behandeling van EU-burgers. Zeer waarschijnlijk is de invoering van de Duitse tol, die stond gepland voor najaar 2020, nu helemaal van de baan.
De Duitse regering maakte al in 2013 bekend tolheffing in te willen voeren op regionale en provinciale wegen en snelwegen. Het plan stuitte direct op veel weerstand in de buurlanden en in de Europese Unie. De Duitse overheid wilde haar burgers compenseren door een lagere wegenbelasting in te voeren. Na enkele aanpassingen ging de aanvankelijk dwarsliggende Europese Commissie toch akkoord met het plan, ook al was het eerder al weggestemd in het Europees Parlement. Na de goedkeuring door de commissie op 17 mei 2017 stapten Oostenrijk, Nederland en Luxemburg naar het Europees Hof van Justitie. En die heeft de plannen nu dus in strijd met het EU-recht verklaard.
Voor de Duitse overheid is het een forse tegenvaller. Die verwachtte niet alleen zo’n 500 miljoen euro per jaar op te halen met de heffing, maar had ook al allerlei voorbereidingen getroffen voor de invoering. Nu de plannen niet door mogen gaan, zullen vermoedelijk verschillende partijen schadeloos moeten worden gesteld.
